Als het op natuurbeheer aankomt, wil ik als gedeputeerde voor landschap, natuur en milieu altijd graag innovatieve technieken leren kennen. Het liefst van al stimuleer ik een natuurgerichte aanpak, met zo weinig mogelijk verstoring van de fauna en flora. Daardoor kan de natuur haar eigen gangetje blijven gaan. Een nieuwere methode op het vlak van bosbeheer is de QD-techniek, waarbij de gronden niet helemaal vol geplant worden. Slechts 10 tot 15 % van de oppervlakte wordt aangeplant, maar het geeft wel hetzelfde resultaat: een mooi, kwaliteitsvol jong bos. Bovendien profiteert de biodiversiteit ervan en zorgt het voor minder werk tijdens het planten.

De Provincie is op het provinciedomein Bergelen in Wevelgem bezig met een grote uitbreiding van zes hectare bijkomende grond in totaal. De groenpool in het sterk stedelijke gebied van Wevelgem en Kortrijk is belangrijk voor de streek. Zo zal er maar liefst 1,3 hectare nieuw bos bijkomen. Het is op een stuk van dat bos dat de QD-methode toegepast zal worden. Niet helemaal dus, want 5.000 m2 krijgt een traditionele beplanting, met bomen over de hele oppervlakte van het perceel. Op die manier zal het mettertijd duidelijk worden wat de meest efficiënte manier van werken is.  

Voor de overige 8.000 m2 hanteren we dus de QD-methode: bomen en struiken worden als eilandjes (kloempen) aangeplant. De diameter van een groep of kloemp wordt gekozen in functie van de boomsoort. Net als de afstand tussen de kloempen onderling. Hier in Bergelen mikken we vooral op de beuk en wintereik. Daarom kiezen we voor een diameter van 7 meter en liggen de kernen van de groepen op 15 meter van elkaar. 85% van de oppervlakte wordt dus met rust gelaten en dat biedt voordelen voor de biodiversiteit. De beschikbare ruimte zal voor meer natuurlijke struik- en plantengroei en spontane bebossing zorgen, én dat lokt veel verschillende soorten insecten naar het Bergelenbos. Het gaat weldegelijk om een proefperceel, met vanaf de aanplant al een grotere focus op natuurgericht bosbeheer. Mocht het een succesvolle ervaring worden, zullen we sneller en meer op die manier te werk gaan.

(lees verder onder de foto, ‘kloemp’) 

Kwalificeren – dimensioneren (QD)

Het grote verschil ligt dus in de benadering van het bos. In plaats van in te grijpen op grote vlakken zoals bij klassieke bosbouw, wordt pleksgewijs geplant. Het is niet de bedoeling om zo’n groot mogelijk aantal bomen te planten, maar eerder om mooie en stevige exemplaren te produceren. Binnen de groepjes zal er nog concurrentie zijn tussen de boompjes, maar de bedoeling is dat uiteindelijk uit ieder groepje één volwassen exemplaar groeit. We moeten om kwaliteitsvolle bomen te krijgen niet meer ingrijpen over het gehele oppervlak, maar enkel de groepjes opvolgen. In het Bergelenbos zullen er zo 30 tot 40 bomen per hectare groeien.  

Na de aanplant en de eerste levensjaren van de bomen zullen zijtakken wegvallen en andere vegetatie zal afsterven door onderlinge concurrentie en gebrek aan licht. Erna in de kwalificeringsfase (Q) worden het grootse bomen, vooral in de hoogte, en moeten ze worden onderhouden.  

Het aspect dimensioneren (D) begint wanneer de onderstam geen levende takken meer draagt en de kruin van de boom, het bovenste deel, consequent groeit. Ook de dikte van de stam neemt nu toe. Als laatste stap zal de boom in een rijpingsfase komen en zowel de stam als de kruin stoppen dan met groeien. De overgeblevene zijn zogenaamde ‘toekomstbomen’. Zij zijn erg levendig, goed gevormd en klaar voor hun toekomstig doel. Kwaliteitshout van eigen bodem dus, om te houden omwille van de biodiversiteit of als extra beleving in het bos.

(lees verder onder de tekening, stappenplan groei boom volgens QD-methode) 

De QD-methode gaat zoveel verder dan enkel bomen planten: het draait ook rond het beheer en het eventuele kappen van de bomen, want hout is al eeuwenlang een natuurlijke grondstof voor de mens (lees daarover zeker mijn blog van vorig jaar). Dat kappen gebeurt in de provinciedomeinen het meeste uit veiligheidsoverwegingen of als dunning om bepaalde bomen te bevoordelen. Kosten worden in acht genomen en de QD-techniek is ecologisch heel waardevol. Kappen is niet het uitgangspunt, want we kiezen ervoor om in te zetten op de natuurbeleving in het Bergelenbos. Bomen krijgen de maximale kans om oud te worden en bieden zo een grote meerwaarde aan het publiek.

De toekomst zal uitwijzen hoe het Bergelenbos eruit zal zien na deze uitbreiding en toevoeging van zo’n 5.000 planten waaronder de beuk, zwarte els, berk, eik, én struiken zoals de meidoorn, Gelderse roos, aalbes en inlandse vogelkers. Ik kijk alvast uit naar de resultaten van dit proefperceel en of we gaan overstappen naar de QD-methode voor het hele provinciale bosbeheer.  

En er is nog meer op til in het provinciedomein Bergelen! Doorheen de jaren is de populariteit van het domein flink toegenomen en als Provincie moeten we daarop inzetten door nieuwe elementen en attracties toe te voegen. Op de planning staat ook nog de bouw van een nieuw natuureducatief centrum, met dit najaar de voorziene start van de werken.