Mijn vijfde en voorlopig laatste gebiedsverkenning speelt zich af in Midden-West-Vlaanderen. Hamvraag van de dag: hoe realiseren we langs de Mandel een zacht-recreatieve natuurverbinding?

Midden-West-Vlaanderen staat niet meteen in de top drie van de meest aangename fiets- en wandelgebieden in onze provincie. Het voorbije jaar hebben we met de deputatie alle gemeentebesturen van West-Vlaanderen bezocht. Een thema dat steeds aan bod kwam bij de gemeenten langs de Mandel (Izegem, Ingelmunster, Oostrozebeke, Dentergem) was de wil om langs de rivier een zacht-recreatieve verbinding te realiseren.

Het is een ambitie die ik zeker deel.  Maar ik wil nog een stapje verder gaan. Naast een zacht-recreatieve verbinding moeten we deze kans met beide handen grijpen om er een verhaal van natuurverbinding, waterkwaliteit en landschapswaarden van te maken. Vanuit mijn bevoegdheden natuur en milieu ben ik hier extra gevoelig voor.

De Mandel.

Het verbindingsidee is ontstaan bij de gebiedswerking van de provincie. Onder de naam “Wandel op de Mandel” kwam er een wandelpad tussen Emelgem en Ingelmunster. De lokale besturen zijn vandaag vrij enthousiast om die verbinding verder door te trekken. Door het helikopterzicht van onze dienst gebiedswerking komen deze opportuniteiten aan de oppervlakte. Het is met zulke bovenlokale projecten en inspirerende ideeën dat de provincie haar meerwaarde bewijst.

Intussen zijn er ook al goede contacten gelegd met de Vlaamse Milieu Maatschappij. Zij zijn beheerder van de Mandel. Bij de VMM staat men open voor het idee en is men bereid om mee te denken en – niet onbelangrijk – mee te financieren.  

We starten onze verkenning aan de Dam in Emelgem. En meteen al een eerste overpeinzing: waar begint de ontwikkeling van deze nieuwe verbinding? Blijft ze waar ze is in Emelgem of kunnen we ze verder doortrekken richting Roeselare? Om dat te kunnen inschatten, rijden we even over de noordkaai. Ik voel me er allesbehalve veilig. Een functioneel fietspad zou hier zeker op zijn plaats zijn. Eén van de opties is om een fietspad aan te leggen bovenop de overwelfde Mandel. Voor mij is dat een no go. De vele opritten van de bedrijven maken dit scenario levensgevaarlijk.

Met de coördinatoren van de gebiedswerking en het stadlandschap brainstorm ik over een mogelijke oplossing. Ik maak de bedenking of het niet interessanter zou zijn om de rijweg te verleggen, tot boven de overwelfde Mandel. Dan kan er aan de kant van het kanaal een fietspad aangelegd worden.  

Fietsen richting Baliekouter.

We fietsen langs de bestaande verbinding “Wandel op de Mandel”, richting provinciaal domein De Baliekouter. Het is er aangenaam en comfortabel fietsen. Een tip: kijk niet naar de industrie op de zuidelijke oever. Dan kan dit stukje best de vergelijking doorstaan met de oever van de IJzer, tussen Roesbrugge en Fintele. Het lijkt me een heel mooie eerste aanzet voor een verbinding tot aan de Baliekouter in Wakken.

In Ingelmunster stopt het pad, plots. We zijn aangekomen op de werfzone van de nieuwe centrumbrug. Deze zone moet op termijn een groene en recreatieve functie krijgen. De site biedt, mits verregaande ontharding, alleszins veel potentieel en kan een aangename tussenstop worden op de wandelverbinding. We rijden door onder de veelbesproken nieuwe centrumbrug van Ingelmunster. Vanaf hier rijden we over een brede asfaltweg die aangelegd werd om het werfverkeer en de bewoners van de woningen rond café De Fagot om te leiden. Deze weg wordt op termijn gedeeltelijk opengebroken, zodat enkel de fietsverbinding overblijft.

Wat verderop maken we een ommetje langs een stuk mountainbikeroute. Het brengt ons heel dicht bij de Mandel. Al moet ik zeggen dat er van afkalvende oevers, iets waarvoor een bordje ons waarschuwt, geen sprake is. We rijden verder en komen aan de het rondpunt waar de N357 en de N382 samenkomen. Twee drukke invalswegen. Ik laat me vertellen dat de fietsveiligheid op het rondpunt na de recente aanpassingen door AWV sterk is verbeterd.

Bermen zonder bomen …

Dit is ook de plaats waar de Mandel definitief afstand neemt van het kanaal Roeselare-Leie. We fietsen verder op het afgescheiden fietspad van de Expressweg N382. Fietsend langs de expresweg merk ik op dat er hier nog enorm veel plaats is om bomen aan te planten.

We komen voorbij A&S Energie. Dit is een energiecentrale van Unilin en Aspiravi. Ze maakt energie  uit niet recycleerbaar houtafval. Ik verneem dat het bedrijf een gigantische hoeveelheid aan onbenutte restwarmte produceert. Vanuit mijn bevoegdheid klimaat wringt dat en dus besluit ik om me verder in deze case te verdiepen.    

Zwaluwnesten aan het gemeentehuis.
Nieuwe kunstnesten voor zwaluwen, aan het sportcentrum.

Wat verderop maken we de afslag naar Oostrozebeke. Het huidige gemeentehuis moet op termijn verdwijnen. Roeland van Stadlandschap Het West-Vlaamse Hart vertelt me dat hier de grootste kolonie huiszwaluwen van de regio broedt. En effectief, onder de dakgoot hangen heel veel nesten. Jammer voor de beestjes dat het gebouw moet verdwijnen. Het stadlandschap heeft wel al kunstnesten geplaatst aan de sporthal wat verderop. Hopelijk vinden de zwaluwen snel hun nieuwe stek.

In het centrum van Oostrozebeke liggen alle voorzieningen op wandelafstand van elkaar: gemeentehuis, sportcentrum, ontmoetingscentrum, bibliotheek, … Dat is handig. Enige doorn in het oog: de site is ook voorzien van 270 parkeerplaatsen. De gemeente heeft plannen rond de vergroening van het centrum, maar die blijven voorlopig in de kast liggen. Hopelijk worden ze snel weer bovengehaald. De natuurlijke inrichting van de Mandelmeersen tussen het sportcentrum en de Mandel vind ik wel heel geslaagd.


De zacht ingesneden vallei van de Mandel.

We fietsen verder en proberen nu zo dicht mogelijk tegen de Mandel te blijven. Het valt me op hoe mooi de vallei hier wordt. Een onverwachte parel in deze regio. De ingesneden rivier met hier en daar een oude meander doen me verder dromen van een natuur-recreatieve verbinding. Een ‘blauwe as’ die we inrichten en beheren als provinciaal domein …

Wat verderop waan ik me plots in Haspengouw. We fietsen tussen fruit- en bessenplantages. Hier ligt ook de biologische zelfplukboerderij O’bio. We laten ons verleiden door het aankondigingsbord  ‘gekoelde vruchtensapjes’ en lassen een halte in.

Is dit Haspengouw?
Een biosapje, korte ketendrank met pit.

Na ons gezond sapje – moet ik vaker drinken – fietsen we nog een klein stukje verder tot in het centrum van Wakken. Het is geleden van toen ik als prille twintiger op verplaatsing kwam supporteren voor KFC Poperinge dat ik nog in dit dorp ben geweest. Dat was dan meteen ook de meest exotische uitstap van ons elftal. Voor de lunch schuiven we aan in Eethuis ‘t Garnituurke. Een lekker steak met friet, dit hebben we verdiend.

Na de lunch verlaten we de Mandel en fietsen we richting Tielt. Tot mijn verbazing is de route veeleer ‘vals plat’. Op mijn damesdienstfiets van de provincie moet ik serieus trappen. Op de Poelberg worden onze inspanningen beloond met een verrassend uitzicht. Een toevallige ontmoeting met de Tieltse schepen van Toerisme herinnert me eraan dat ik als deputé mijn zakken moet dichtnaaien. Nog voor ik haar goed en wel kan begroeten, heeft de dame me al drie keer gevraagd om provinciale middelen voor de toeristische ontsluiting van de Poelberg. Vragen staat vrij, uiteraard.

Poelberg picknickbanken.

Op de picknickbanken van de Poelberg ontmoet ik Marijn Follebout. De journalist en copywriter gespecialiseerd in binnenlands toerisme schreef een leidraad voor een gebiedsverkenning in deze streek. De ideale gids dus voor een wandeling in deze mooi buurt. Knap werk trouwens van het ANB: waar de Meikensbossen dertig jaar geleden een schamele 5 ha groot waren is nu een jong bos van om en bij de 63 ha.

Schuilen voor de regen.

Tijdens de wandeling haalt de regen ons in. Bomen zijn toch fantastische all-weather creaturen. Ze geven ons verkoeling tijdens hete dagen en bescherming bij regenweer. Onder een dreigend wolkendek fietsen we de laatste vijftien kilometer terug naar Ingelmunster. Wanneer we de gemeente binnenrijden, valt de regen opnieuw met bakken uit de lucht. Een overdekt terras is een goed alternatief bij gebrek aan bomen. Het nieuwe eethuis Caffien op de markt biedt een fijne selectie van minder bekende bieren. Ook dat is streekverkenning. Ik ga voor een Space Cadet van brouwerij ‘t Verzet.

Terwijl ik van mijn biertje geniet, begroet de burgemeester ons, al fietsend. Ik herinner me hoe hij enkele jaren geleden het verzet trok tegen een nieuwe hoge centrumbrug en nu vooral een supporter is geworden van het immense bouwwerk. Het kan verkeren, ook in de positieve zin. Een mooie gedachte om deze dag af te sluiten.