In gesprek met Karel Moentjens, coördinator in het Landschapspark Bulskampveld

Nadat het Verenigd Koninkrijk de Europese Unie verliet, werd het Comité van de Kanaalzone aan de Noordzee opgericht. Provincies West- en Oost-Vlaanderen, de Departementen Nord en Pas-de-Calais, het Graafschap Kent en de Provincie Zeeland maken deel uit van dit Comité.

Ze werken samen rond economische ontwikkeling, de strijd tegen klimaatverandering en de ondersteuning van jongeren. Om uitvoering te geven aan deze gezamenlijke ambities stellen de leden van het Comité subsidies voor grensoverschrijdende projecten ter beschikking via het initiatief voor kleinschalige projecten.

Het project “Landschapsparkontwikkeling door grensoverschrijdend leren” is een door het Straits Committee goedgekeurd samenwerkingsproject. Gedurende twee jaar zullen vier parken (Landschapspark Bulskampveld, Grenspark Groot Saeftinghe, Kent Downs National Landscape en Parc naturel régional des caps et marais d’opale) elkaar inspireren, informeren en voeden en zo de werkelijke impact van een landschapsparkstructuur te versterken.

Iedere regio organiseert een uitwisselingsbezoek waarbij de andere betrokken partners en hun stakeholders worden uitgenodigd. Landschapspark Bulskamp beet de spits af! Op de tweedaagse werd ook Grenspark Groot Saeftinghe bezocht. Karel Moentjens – coördinator in het Landschapspark Bulskampveld – begeleidde de tweedaagse rondtocht. Altijd interessant om dan ook eens naar zijn inzichten te luisteren!

Q: Dank je wel dat je even tijd vrijmaakt voor dit interview, Karel. We ontvingen een tijdje geleden het Straits Committee – collega’s uit zes verschillende regio’s. Jullie gingen van start met een bezoek aan het Landschapspark Bulskampveld met de fiets. Waarom is het Landschapspark Bulskampveld volgens jou een ideale halte?

Allesereerst is het volgens mij enorm belangrijk dat we effectief met de fiets op ‘field trip’ gingen naar het Landschapspark. Op die manier kun je ook effectief zelf indrukken opdoen in plaats van naar presentaties en foto’s te kijken die geprojecteerd worden tijdens een presentatie. Het is een volledig andere ervaring om iets op het terrein te zien, te ervaren met alle zintuigen en uitleg te krijgen in plaats van een 2D-foto met wat uitleg te krijgen. Het was ook de ideale starter voor de tweedaagse, want de uitstap met de fiets zorgde meteen voor een goede sfeer.

Het Landschapspark Bulskampveld is een goede eerste halte omdat het een verhaal vertelt over de relatie tussen de mens en zijn omgeving, maar ook hoe die relatie door de tijd evolueerde. Aan de hand van die verschillende verhalen en geschiedenis maakten we ook de tocht door het landschapspark. Enerzijds zie je dan de schoonheid van die plekken, maar anderzijds krijg je ook mee hoe ze daar gekomen zijn.

Op zich brengen zo’n verhalen veel bij mensen los. Ik was met een Britse collega aan het praten en zij vertelde dat ze ontroerd was door één van de verhalen die tijdens de rondtocht in het Landschapspark verteld werd, omdat zij een soortgelijk verhaal had over haar thuisland.

Sint-Amandus en De Zande waren vroeger ‘heropvoedingsgestichten’. Sint-Amandus voor meisjes en De Zande voor jongens. Wanneer iemand kleine of grotere misdrijven begaan had, werden ze door de staat opgesloten om ‘heropgevoed’ te worden en een stiel te leren. Meestal was dat in de landbouw en daarna ook in de koopvaardij. In het verhaal is vooral de vraag ‘waarom zijn die stichtingen net op die plek gekomen?’ een interessante en belangrijke vraag om naderbij te bekijken.

Het gebied lag afgelegen en was ruim én in dit gebied ontstond op een bepaalde moment veel armoede, omdat de landbouwinkomens niet meer genoeg waren om in het levensonderhoud te voorzien. Jongeren die echt geen kant meer op konden omdat ze geen werk vonden, zijn toen beginnen stelen.

Net als in haar land waren hier in het verleden mensen die in hongersnood verkeerden en daardoor in de criminaliteit terecht kwamen of zelfs naar de VS en Canada emigreerden. In Ierland was er met ‘The Great Famine’ in de 19e eeuw, toen er veel oogsten mislukten, ook een soortgelijk verhaal. Zo’n gedeelde geschiedenis en gedeelde verhalen scheppen een band en zijn de ideale gespreksstarters om kennis te maken met het gebied. Catherine haalde tijdens de uitstap in Bulskampveld die link op en vertelde over haar thuisland, maar evengoed over het werk, afkomst of andere inzichten. Het zijn gedeelde verhalen die als het ware door het landschap verteld worden.

Q: Wat zijn de voornaamste uitdagingen waarmee het Landschapspark Bulskampveld te maken krijgt?

We hebben in het Landschapspark Bulskampveld een hele periode van landinrichting gekend, met behoorlijk veel investeringen. In totaal zo’n 12 miljoen van verschillende partners, waaronder heel veel vanuit de Vlaamse Landmaatschappij (VLM). Momenteel is de VLM zich aan het terugtrekken, wat er ook wel een stuk voor zorgt dat het landschapspark op een kantelpunt staat. Wij moeten nu kijken wat we verder zullen doen en hoe we met verschillende partners schwung kunnen geven aan dit gebied zodat het er voor iedereen goed wonen, werken en recreëren is en blijft. Dit is een super interessant moment in de evolutie van een Landschapspark waar de andere deelnemers van kunnen leren, maar waar wij ook bij hen inspiratie kunnen opdoen.

Nog een andere grote uitdaging is dat mensen ook effectief het gebied moeten leren kennen. Dat ze de samenhang zien en het ook leren appreciëren, zodat het naar de toekomst toe behouden kan blijven. Want iets kennen en appreciëren zorgt er ook voor dat mensen er zich voor willen inzetten als het dreigt verloren te gaan. Dit gaat over alle landschapselementen, zowel de natuurlijke elementen, de landbouw en de erfgoedwaarden.

Q: Op vandaag zijn er heel wat uitdagingen rond natuur, klimaat en milieu. Wat zijn de voornaamste uitdagingen waarmee het landschapspark geconfronteerd wordt?

Op zich zijn die uitdagingen niet anders dan elders volgens mij. Al sinds zijn ontstaan heeft de mens een grote invloed op zijn omgeving uitgeoefend. Iets wat de laatste honderd jaar enkel maar is toegenomen. Als we iets willen doen voor de natuur – en daarmee meteen ook voor onszelf, onze kinderen en kleinkinderen – dan moeten we die natuur rust, tijd en ruimte geven. Hierbij mogen we echter niet uit het oog verliezen dat mensen ook behoeften hebben, zoals voedsel, ontspanning en ruimte om te werken en te wonen. Het is net dit evenwicht vinden dat een grote uitdaging vormt.

Q: Worden de internationale partners met dezelfde uitdagingen geconfronteerd?

In essentie wel, al is dat soms met andere accenten, omdat ze binnen een ander kader en met een andere startpositie werken. Al komt het altijd wel neer op een evenwicht vinden tussen mens en natuur en hier ook realisaties aan koppelen.

Ook op het terrein uitvoering krijgen blijft een uitdaging. Tijdens de komende uitwisselingen gaan we dieper in op verschillende deelfacetten hiervan, zoals participatie en draagvlak creëren. Hoe betrek je mensen? Wat is het belang van ruimtelijke planning? Het zijn vragen waar geen pasklaar antwoord op is, maar waar we zeker en vast wel veel van elkaar kunnen leren!

Q: Wat hoop je dat de andere partners meenemen uit hun bezoek aan Landschapspark Bulskampveld?

Moeilijke vraag, maar ik denk dat ze zeker en vast gecharmeerd waren door de ‘field trip’ die we deden en ook de manier waarop we die georganiseerd hadden; namelijk met de fiets om het landschap te verkennen en aan de hand van verhalen om het landschap te duiden. Het gebruik maken van verhalen sprak hen alleszins aan en kon ook op veel lof rekenen.

Ook de investeringen die in het gebied gedaan werden, onder andere door de VLM, zijn wel zaken die ze volgens mij zeker en vast zullen meenemen.

Q: Jullie gingen naar Grenspark Groot Saeftinghe tijdens de tweedaagse. Wat nam je uit het Grenspark mee naar Bulskampveld?

Op zich is het altijd fijn om ook eens naar andere parken te gaan kijken, omdat we nog veel van elkaar kunnen leren. Het feit dat we de twee parken bezochten in dezelfde tweedaagse, zorgde alleszins voor een heel mooi evenwicht.

Wat interessant is aan het Grenspark Groot Saeftinghe, is dat zij verregaand inzetten op het informeren van burgers en hen op die manier ook zoveel mogelijk betrekken via burgerparticipatie. Iets wat ik in ons gebied ook graag meer zou willen doen. Momenteel bekijken ze daar de piste om drie bezoekerspunten te openen. Zij zouden de mensen die op het Grenspark werken laten rouleren, waarbij de medewerkers achter een desk zitten om vragen van bezoekers of landbouwers direct te kunnen beantwoorden. Op die manier is er altijd iemand die hen kan helpen. Wij kennen dat tot nu toe nog niet, maar het is wel een interessant idee. In het Grenspark hebben ze bovendien ook een ‘denktank’ waar ze geëngageerde inwoners in proberen te betrekken, zodat zij helpen meedenken over projecten en processen.

Ook het aanspreken van privékapitaal, zoals het havenbedrijf van Antwerpen, om mooie projecten te realiseren in het Grenspark Groot Saeftinghe was een eye-opener. Als die middelen gecombineerd worden met een aantal grote Europese projecten, dan zorgt dat ervoor dat het gebied de komende jaren een boost krijgt voor mens en natuur. Wij zijn al voorbij de fase van de landinrichting, maar het feit dat zij op die manier aan financiering komen, is een heel interessant gegeven. Hun kader waaruit ze vertrekken is verder ook helemaal anders dan het onze, maar net dat maakt het zo interessant.

Q: Waarschijnlijk kwamen uit de parken Kent Downs en Parc naturel régional des caps et marais d’opale interessante pistes naar boven?

Klopt. Niet alle landschapsparken hebben hetzelfde doel. In Bulskampveld werken wij rond zes doelen, terwijl de kwaliteit van het landschap het enige doel is in Kent Downs, wat het voor een stuk duidelijker maakt om rond te werken, maar daarom niet minder moeilijk.

Wat verder ook opviel bij Parc naturel régional des caps et marais d’opale is de hoeveelheid partners die zij verzamelen en vooral hoe hun structuur daarrond is opgezet. Hoe pakken zij dit aan? Alleseszins iets waar we graag nog over zouden bijleren in toekomstige uitwisselingen.

Het is verder ook duidelijk dat Parc natural régional des caps et marais d’opale en Kent Downs een echte cultuur van grensoverschrijdende samenwerking hebben, waarbij beiden elkaar helpen om bijvoorbeeld middelen en expertise te werven, maar ook het niveau van hun werking trachten op te schalen door bijvoorbeeld het engageren van mensen door middel van aansprekende labels of concepten als een Geopark. Ook daarop zouden we in een volgende uitwisseling graag nog eens dieper op in willen gaan.

Q: Alleserlaatste vraag, als belangrijke uitsmijter. Waarom moeten mensen écht eens naar het Landschapspark Bulskampveld afzakken?

Het Landschapspark Bulskampveld herbergt de grootste boscomplexen van de Provincie West-Vlaanderen, wat op zich al een heel speciale sfeer geeft. Maar er is nog meer: er zijn resten van de historische middeleeuwse heide te vinden, zeldzame natte graslanden en beekvalleien, een gerestaureerde veldvijver, bijzonder erfgoed zoals Sint-Amandus, De Zande en de militaire radio, de omgeving van het kanaal waar het prachtig fietsen is, een landbouwlandschap dat doorsneden wordt door historische dreven uit de 18 eeuw, typische landbouwteelten zoals bijvoorbeeld de boomkwekerij, uiteraard ook een prachtig provinciedomein met bijhorend bezoekerscentrum waar sinds vorig jaar een nieuwe expo rond het bos te zien is …

Het is net de afwisseling van dit alles, gecombineerd met de geschiedenis die achter al deze landschapselementen schuil gaat dat ervoor zorgt dat iedereen aan zijn trekken kan komen in het Landschapspark Bulskampveld. Het Landschapspark Bulskampveld is hiermee niet enkel mooi, maar laat ook een indruk na.